Ik schrijf niet zoveel 
gedichten de laatste tijd
misschien ben ik gelukkig
en hoef ik niks meer kwijt

Oké, nee, dat is wartaal
dat slaat echt nergens op
maar toch krijg ik alleen nog 
maar versjes uit mijn kop.

De prof komt binnen
met een walm van sigaretten
en de geur van de eerste kop koffie

een voor een geven
de studenten zich over aan
de leerstof en een voor een zie
je de hoofden op de banken verdwijnen

en terwijl je dit alles
hoort en ziet en ruikt
besef je het al vlug:
het is maandag, eerste lesuur. 

Dat bedoel ik nou net

Steeds als ik naast je wakker word
je ogen op slaapstand gezet
dan doe je me iets
en ik kan het echt
echt niet verklaren
maar zonder woorden
maak jij me helemaal zo
en dan word ik helemaal
alsof ik al weet wat er zou
kunnen gebeuren als jij niet
zo een invloed zou hebben en
kijk, dat bedoel ik nou net.

Hou van jou
hou van mij
laat liefde ons
leven leiden

hou me vast
tegen je aan
tot in het eind
der tijden.

Ergens...

Ergens geloof ik dat 
je niet van me houdt

en ergens geloof ik dat
je niet om me geeft

ergens weet ik dat ik
je niets kan schelen

en ergens weet ik dat
je niet voor me leeft

en ergens hier vanbinnen
weet ik dat je me 
niet graag ziet

maar een ander stukje
-hier vanbinnen-
gelooft dat dan weer niet.

Vrienden zorgen dat
als je zweeft van geluk
je weer valt als een baksteen
recht in hun open armen

vrienden begrijpen dat
je er niets van snapt
ze snappen je woede en je pijn
en zullen er steeds voor je zijn

en als je weer zweeft van geluk
en weer te dicht komt bij de zon
dan zorgen ze weer dat je je niet brandt
en weer zul je niet begrijpen waarom.


Abstracte liefde

De printer kijkt de inkt uit de boom

terwijl eendjes platvoeteren in de vijver
de wind en wolken kloppen aan bij de
bruine kale berk in het groene, verliefde bos

terwijl stammen lucht vormen en
erotische palmbomen golven in de wind
tunnelt de dode trein een graf

ijsberen, smurfen en zeesterren
vormen een regenboog
en otteren mij naar jou.


Je vroeg me of
ik van je hield
nou kijk
misschien dat
wat ik bedoel is
je moet weten
eigenlijk
feitelijk
ja.

Stadia

Eitje open, rups eruit
bladeren eten, cocon spinnen
even wachten, openbreken
vlinder

aarde omspitten, zaadje erin
aanstampen en water geven
scheutjes in de zon zetten
bloem

je armen openen, ik erin
armen weer sluiten en
een zachte slaapwelzoen
liefde.

Sonja is de zolderspin
in een heel groot herenhuis
en elke lente voelt ze een kriebeling
en dan houdt ze op zolder grote kuis

dan stroopt ze haar acht mouwen op
pakt een borstel, stoffer, blik en dweil
een emmer water, spons, aftrekker en zeemvel
en fluit een vrolijk lied terwijl

als je het lief vraagt doet Sonja ook verzoekjes
en maakt ze heel je kamer schoon
in ruil vraagt ze snoep en koekjes
en chips, cola en een grote suikerboon

Sonja is dus de zolderspin
die houdt van kuisen en zoetigheid
ze houdt ook van vliegen vangen
maar dat doet ze enkel in haar vrije tijd.

°°°°°

- Het gedicht over Sonja de zolderspin in het
Go-live huis, geschreven voor Merel. -

Veerle's Gedicht

Ze is niet bepaald een meisje, nee
Ze is veel meer dan dat
Ook niet bepaald een jongen,hoor
Ze is gewoon een schat

Ze zal nooit volwassen worden
Toch niet als zij die keuze maakt
En ze gelooft niet in de ware liefde
waarmee ze aan het altaar geraakt

Ze weet alles van acteren, regisseren en proberen
en verhalen vertellen, zelf bedacht en beleefd
Eigenzinnigheid en tecktonic kan je bij haar leren
maar dat neemt niet weg dat ze om veel dingen geeft

Ze gedraagt zich soms een beetje
als een krekel in het struikgewas
en voelt zich soms zo gevangen
als een elfje achter vensterglas

Maar wegvliegen zal ze op een dag
je weet wel hoe dat gaat
en ik weet zeker dat ze op een dag
met Peter Pan aan het altaar staat

ze is dus geen jongen, maar een echte vrouw
en trouwen zal ze, in het roos en in blauw

°°°°°

- Geschreven voor Veerle Colle, naast een eeuwig meisje
dat nooit volwassen zal worden, ook een fantastische vrouw. -

Dubbelpoëzie:

Het verhuizen van een
veel te zware kast:


Oké, laat maar komen
Zo ja,
wacht,
nee,
niet duwen,
ja,
nu zit het wel goed,
ik denk dat het nu wel,
...

De eerste keer seks
(lees van onder naar boven)

Raadsel

Waar was de man
die de uier van een koe
vergeleek met de
borsten van een vrouw

eigenlijk mee bezig.?

Het leven is als een film
op je 10de het begin
ervoor alleen de credits
op je 90ste de aftiteling

maar wat er gebeurt
tussen 90 en 10
wordt in het leven alleen
door de regisseurs gezien.

Een rusthuis heeft iets magisch
niet omdat het lijkt of de tijd er
- ondanks alle rimpels -
heeft stilgestaan

maar omdat de mensen er
ondanks alles wat er
in de wereld gebeurt

toch nog gelukkig kunnen zijn
met het beetje aandacht
dat je hen geeft.

Ik stond in de keuken
koekjes te bakken
zij stond naast me
sjalotjes te hakken

en tussen het hakken
en het bakken door
dacht ik een gedicht
en las het haar voor.

Handjes draaien
koeke bakken vlaaien
handjes draaien
koeke bakken vis
ik vraag me eigenlijk af
of je weet dat ik je mis.

De wereld draait
rond en rond
heel de dag door
om ons heen

de wereld draait
ziet de sterren
ziet de maan
ziet de zon

de wereld draait
steeds maar weer
wordt wat misselijk
maar blijft draaien.

Ik ben niet 'doodgewoon' een vriend
of ik wil het toch niet zijn
geen soldaat in de pas
geen een uit een dozijn

ik wil je voor altijd bij me
laat me doen of ik je ken
al weet ik dat ik in jouw ogen
gewoon een verliefde puber ben.

De schoolpoort sluit je achter je
je staat nu helemaal alleen
geen muffe klaslokalen of
leraars meer om je heen

je eigen weg zoeken moet je
of je het nu wil of niet
en in de kale herfstboom
zingt de vogel zacht z'n lied

een zware tijd breekt nu aan
een tijd van nachten vol studeren
een tijd van vallen en weer opstaan
weer vallen en blijven proberen

maar eens komt de dooi
en kondigt hij de lente aan
maar alles moet nog beginnen
je hebt nog een lange weg te gaan

nu komt er een tijd
vervuld van vreugde en verdriet
het is wat je er zelf van maakt
en in de bloeiende boom zingt
de vogel luidkeels zijn lied.

Ik stap rimpels in de plassen
regelrecht naar zijn huis
langs me heen vallen druppels
en voelen zich in de plassen thuis

'Hoe ben je toch droog gebleven.?'
vraagt hij verbaasd en meteen
wat een domme vraag zeg
ik liep gewoon door de druppels heen.

We fietsten beiden naast elkaar
beiden in de regen
en we zwegen

we reden langs donkere huizen
langs straten en langs stegen
en we zwegen

we stopten bij mij thuis
stilte was wat we kregen
en we zwegen

ik wou iets zeggen
jij wou iets zeggen

en we zwegen.

Spiegelschrift

2 guitige oogjes
een lachende mond
een strak kapsel
en nog strakkere kont

een heleboel slimheid
en veel romantiek
altijd geweldig
en zelden soms ziek


liefhebber van ijsjes
muziek, Will & Grace
heerlijk uitbundig
en af en toe bedeesd

soms wat genie en
soms wat debiel
in een woord jij
in een woord Michiel.


(Geschreven voor de liefde)

Ik voel me opgegeten, uitgescheten,
vol van haat, ten einde raad,
opgesloten, uitgefloten,
zonder lust, uitgeblust,
rusteloos, hulpeloos,
uitgeput, zonder fut,
niet in de mood...

Maar verder gaat alles wel goed...

Ik hou van je
maar
je weet het niet
want
ik zeg het je niet
want
ik durf het je niet te zeggen
want
ik ben bang voor je reactie
want
bij je nee zou ik sterven
want
ik hou van je
maar
ik hou het nog even stil.

Ze wacht in het sprookjesbos
op de prins van haar dromen
en blijft zichzelf vertellen
dat hij wel voorbij zal komen

rijdend op zijn witte paard
- oh, was hij al maar hier -
maar helaas, even later bij 
het begin van hoofdstuk vier

rijdend op zijn witte paard
rijdt hij haar zomaar voorbij
stilletjes kwijnt ze weg
het sprookje is voorbij...
  

Ik verjaarde in Parijs en ze
konden alleen een T-shirt vinden
die kreeg ik dan cadeau
je kent zo wel het soort
'I love Paris'
maar nog meer m'n vrienden.

De lakens gaan op en neer
kussen vliegen heen en weer
de lamp valt pardoes op de grond
en met een klap raak je m'n mond

hier zonder licht
wordt geen woord gezegd
want in het duister is het nog leuker
zo'n knotsgek kussengevecht.

  Jij ging nee zeggen
dat wist ik, samen
wisten we dit lang.

Ik hoopte op een
nee, van jou en
van mij, van ons.

Onze droom was
een nee, een slapend
leven zonder wakker.

Toen zei je nee,
en ik was teleur,
maar niet echt gesteld.

 Ik
ik weet
ik weet het
ik weet het niet
ik weet het niet meer


te laat...

God zei een keer bij zichzelf
"Ik ga eens wat proberen"
Hij wou een wonder wezen
scheppen door te combineren

De schoonheid van een roos
en de sluwheid van een vos
zachtheid van een framboos
en de vrede van een bos

de mondigheid van een politicus
het talent van een kunstenaar
nog een flinke portie fantasie
en de wijsheid van een tovenaar

het uiterlijk van een godin
blauw bloed in de aderen
machtiger dan een koningin
te mooi om in te kaderen

de sierlijkheid van een zwaan
ogen die elk mannenhart sneller
doen slaan, dit alles is een scheppings-
verhaal, m'n liefste, zo ben jij ontstaan.

Mensen zijn als dieren
je leert ze doodliggen
en je leert ze staan
vanzelf leren ze komen
en nadien ook weer gaan

Mensen zijn als dieren
en toch heb je er wat aan.

Jij bent een monster, een schitterend wezen
een boek dat ik dringend eens moet lezen
een zin vol met fouten, grammaticaal verkeerd
een wijze les die ik maar niet krijg geleerd
Chinezen en Turken, Hongaren en Russen
de liefde, de haat, en iets daartussen

je bent een heleboel dingen,
en nog eens zoveel meer
je laat me van je houden
keer op keer
op keer

Zondag 1 maart 2009

Van achter de luid brommende
autoruiten zag ik hoe de eerste
krokusjes zich een weg baanden
doorheen de vochtige aardlaag.

Mensen waggelden, fietsten en
zweefden voorbij en buurmannen
deden het werk van tuinmannen.

En terwijl de aarde uit alle hoeken
openbloeide en de wind zich met
de zonnestralen vermengde,
wist ik het:

Het is lente.


soms denk je dat gedichten alleen in boeken staan
je kan ze niet evenaren en begint er dus niet aan
zo'n dichter als Shakespeare word je immers nooit
dus de tijd die je er aan besteedt is toch maar weggegooid

maar een gedicht bevat niet enkel rijmende woorden
het gaat niet om de strofes of versregels die het telt
de ware aard van het gedicht zit in z'n schrijver
en hoe die aan het publiek zijn verhaal vertelt

het kan over iets kleins gaan, hoeft niets groots te zijn
gedichten over de liefde, gedichten over woede of over pijn
gedichten kunnen vertellen hoe een boom zachtjes wiegt
of hoe gevangen je je voelt als een vrije vlinder voorbij vliegt

gedichten maken kan dus altijd, iedereen, overal
van de oudste man tot de puber en het kleinste kind
de vraag is je verhaal, niet hoe het klinken of rijmen zal
en dat is waarom je de mooiste gedichten niet in boeken vindt.


Door het leven wandelen
in tunnels en langs spelonken
waarin we onszelf niet willen
en niet kunnen herkennen

hier en daar een tegenligger
iemand die in het verleden leeft
of het ooit al beleefd heeft

hoe langer de tunnel lijkt
hoe dichter je bij het einde komt
hoe minder mensen je richting volgen
en hoe meer tegenliggers je zal zien

de uitgang bereiken we allemaal
ongehaast vol leven.

Vandaag zat mijn dag weer vol
met mensen en hun problemen
ik help ze graag maar moet eens leren
niet zoveel hooi op mijn vork te nemen.

God, ik geef ze nu uit handen
zou U er voor kunnen zorgen
dat hen niets overkomt
tot ik er weer ben morgen.

Jij houdt niet zo van Duits
ik niet zo van spinnen
je leest  je krant van bij het begin
terwijl ik steeds achteraan moet beginnen

ik weet veel van planten
jij veel meer van getallen
jij houdt je liever gedeisd
terwijl ik steeds op moet vallen

jij hebt krullen
ik heb gel
jij praat te stil
ik te snel

jij kiest liever voor polo's
terwijl ik steeds t-shirts draag
jij bent een kleine eter
en ik heb een grote maag

jij houdt er van rood
ik wat meer van blauw
en omdat we zo verschillen
hou ik zo van jou. 

Weet u soms de weg
naar zand en luchtkastelen.?
Links, rechts, of rechtdoor.?
Hoe kan ik er het snelst komen, ik heb
namelijk niet veel tijd. Ga ik
best langs Rome of duurt het zo
een eeuwigheid.? De tijd loopt me
haast voorbij, hij te snel en ik te traag.

Ik leg me er dan maar bij neer:
ik kom er niet vandaag.

Ik heb het gevoel of ik iets mis
of ik iets nodig heb dat er niet is
het is niets fysieks, meer een gevoel
niet veel mensen begrijpen wat ik bedoel

ik mis iemand om mee te zingen
te swingen, te springen en te leven
om grappen mee uit te halen en andere dingen
en om veel om te kunnen geven

natuurlijk, ik heb veel vrienden om me heen
voor wie ik alles zou willen doen
maar af en toe voel ik me wat alleen
en vind geen hulp in toekomst of toen

ik zoek iemand met twee armen
twee ogen, een neus, de hele zwik
die prettig gestoord is, verliefd op
het leven, goedgezind, nieuwsgierig,
goedlachs en maf

ik zoek dus eigenlijk
een tweede 
ik.

Met kromgebogen gezicht zwerven we maar
van hot naar her, van her naar daar
we luisteren niet, kijken niet onderweg
alleen naar de weg

naast de weg staan en zingen bomen
schoorvoetend vormen ze een statige muur
en blikken al jaren neer op de weg
waarlangs de kromgebogenen gaan

bloemen en weiden aan weerskanten
van de weg, vallen niemand op. Een
leeuwerik fluit zachtjes op, verschrikt
door de argeloze voorbijganger die hem
toch niet opmerkt, (on)natuurlijk.

Een koe staat er verloren bij en kijkt ernaar.

Romantisch gedicht

Voor een romantisch gedicht
neem ik niet zoveel mee
alleen wat flakkerende kaarsen
een balkon en wij twee

en naast een ondergaande zon
hebben we niets meer nodig
die kaarsjes kunnen dus al weg
want ze zijn ietwat overbodig

de zon is onder
de gang valt weg
alleen nog een balkon
en de woorden die ik zeg

voor een romantisch gedicht
hoef ik enkel jou en mij
dat is al romantiek genoeg
(dat balkon komt er als optie bij).